Selecteer een pagina

Slapen: to rest or not to rest

Het is negen uur ’s avonds en ik zit te lezen. Dit keer zit ik niet comfortabel op mijn bank met een boek op schoot, maar achter m’n bureau met een stapel dossiers voor mijn neus. De stapel dossiers op mijn bureau is zo hoog geworden, dat ik besloot over te werken. Ik ben overigens niet de enige, er zijn meer kamers op kantoor waar het licht nog brandt. 

Ik zit hier al drie uur onafgebroken nadat ik rond half zes snel een kant en klare salade van de Appie naar binnen heb gewerkt. Geen tijd om even thee te halen of pauze te nemen, er liggen nog te veel dossiers op mijn bureau die daar al veel te lang liggen. Telefoontjes en mails van cliënten met de vraag wanneer ze de ontwerp-akten ontvangen, de één nog geïrriteerder dan de ander zorgen ervoor dat ik stug doorga, dossier voor dossier.

Om tien uur sluit ik af en ga naar huis. Een halfuur later plof ik na m’n tanden gepoetst te hebben op m’n bed neer. Na een onrustige nacht word ik de volgende ochtend verre van uitgerust wakker om vervolgens weer naar kantoor te vertrekken en verder te gaan waar ik de vorige avond gebleven was.

Ik trap een open deur in als ik zeg dat ik verre van productief was die dag. Ook heb ik voor de zekerheid al m’n werk van die avond nog eens doorgenomen om zeker te weten dat ik geen enorme fouten gemaakt had. Efficiënt? Niet echt. Is de stapel dossiers op m’n bureau nu lager dan wanneer ik gister niet de hele avond was blijven zitten? Nope, want ik doe het nu allemaal nog eens dunnetjes over. De hoge werkdruk zorgde voor steeds langer wordende werkdagen, steeds minder tijd voor ontspanning en dus steeds grotere vermoeidheid. Ook al ging ik toch nog redelijk op tijd naar bed, uitgerust wakker worden was er al heel lang niet meer bij.

Vorige week stelde ik op Instagram de vraag “Heb jij weleens last van (hoge) werkdruk?”. De uitslag van de poll: 88% antwoordde met ‘ja’. Dat vroeg om een vervolgvraag:  “Wat heb jij nodig als de werkdruk je naar de keel vliegt?” De meerderheid gaf aan dat ze het liefst vroeg hun bed in doken om zoveel mogelijk te slapen. 

Voor mij gold (jep, je leest het goed, verleden tijd) hetzelfde. Mijn tactiek was altijd zo snel mogelijk naar bed in een poging toch nog de nodige uren slaap te pakken. Zelden werd ik echter de volgende ochtend uitgerust wakker. Meestal had ik de grootste moeite om mijn bed uit te komen om vervolgens ook met een flinke lading tegenzin onder de douche te stappen, te ontbijten en vervolgens te gaan werken. Ik snapte er niks van dat ik dan zo moe was: ik had toch ruim 7 of 8 uur kunnen slapen? 

A ruffled mind makes a restless pillow

Charlotte Brontë

Inmiddels weet ik -na vallen en opstaan en niet snappen waarom ik toch elke keer weer zo moe wakker werd- dat ik na een lange en hectische werkdag (die ik dus heus ook nog weleens heb) eerst even moet afschakelen. Hoe laat ik ook thuis ben, ik pak eerst een kop thee, zet een rustig muziekje op en plof even op m’n bank neer. Een kwartier tot een half uur even niks: een beetje voor me uit staren, door een tijdschrift bladeren of een paar bladzijdes in m’n boek lezen. Geen schermen, geen gescroll op m’n telefoon, geen nieuwe prikkels. Dat zorgt ervoor dat ik op zo’n avond (soms ver) na mijn gewenste bedtijd pas in bed beland. Toch word ik de volgende dag een heel stuk uitgeruster wakker dan wanneer ik gelijk bij thuiskomst naar bed gegaan was. Mijn brein is door dat afschakelmoment tot rust gekomen, mijn lichaam is tot rust gekomen en zo is m’n systeem klaar voor de nacht. Het aantal uren is dan wellicht iets minder dan ik idealiter slaap, de kwaliteit van mijn slaap blijft wel op peil. Het gevolg: ik word uitgerust wakker en heb zelden nog moeite om mijn bed uit te komen, ook al haal ik niet elke nacht de gewenste minimaal 7 uur slaap. 

Kortom: als je het enorm druk hebt en ‘eigenlijk’ geen tijd hebt om te ontspannen en even af te schakelen na een drukke dag omdat je snel naar bed wilt, is dat juist het moment om die tijd te nemen. Neem even, al is het maar een kwartier, de tijd om iets te doen waar je van ontspant. Geef je brein en je lichaam de gelegenheid om even tot rust te komen voor je begint aan je nachtrust. Ik garandeer je dat je uitgeruster wakker zult worden de volgende dag.

Laat je me weten of het je helpt? Wil je hier eens over sparren? Stuur me dan vooral een berichtje!